Hart van homo´s logo
Wie moet/mag het weten?

Wie moet/mag het weten?

Hart van homo´s logo

Wie moet/mag het weten?

Wie moet/mag het weten?

Begin bij mensen die je vertrouwt

Jongeren die ontdekt hebben dat ze homo zijn, kunnen heel verschillend denken over de vraag aan wie ze het willen vertellen. Aan het ene uiterste staan de jongeren die het kringetje van ‘ingewijden’ liefst zo klein mogelijk houden. Aan het andere uiterste staan de jongeren die vinden dat ‘de hele wereld’ het nu gelijk maar moet weten. Wat is wijs?

Ook hier geldt natuurlijk dat jijzelf degene bent die bepaalt aan wie je het vertelt en wanneer. Waarschijnlijk ligt de beste weg ergens tussen beide uitersten. Want waarom zou de hele wereld moeten weten dat jij homo bent? Moet iedereen alles van jou weten? Aan de andere kant: waarom zou je ervoor kiezen om het te beperken tot een heel klein kringetje? Laat je je dan niet teveel leiden door angst?

Grootouders

Hoe je er ook in staat, het is altijd goed om te beginnen bij mensen die je vertrouwt en van wie je weet dat ze goed zullen reageren. Een positieve eerste reactie geeft je vertrouwen voor de volgende stappen. Je kunt bijvoorbeeld beginnen bij je ouders of iemand anders uit je familie. Maar voor sommigen is dat té dichtbij; die beginnen liever bij een goede vriend of vriendin, of bij iemand uit de kerkelijke gemeente (predikant, jeugdleider).

Doe dus eerst op een veilige manier ervaring op met je ‘coming out’. Geef jezelf de tijd om de reacties te verwerken. Wen ook aan het idee dat er nu mensen zijn die ‘het’ van je weten. Vervolgens kun je erover nadenken hoe je het kringetje van ingewijden groter kunt maken. De klas of de jeugdvereniging? Of bijvoorbeeld eerst alleen de iets wijdere kring van (beste) vrienden?

Bedenk daarbij of je met een bepaalde stap geen mensen passeert. Als je weet dat het na de jeugdvereniging (via via) al gauw bij je grootouders terecht zal komen, is het waarschijnlijk goed dat je eerst zélf je grootouders inlicht.

Het proces van je ‘coming out’ mag best een tijdje duren; het hoeft allemaal niet van vandaag op morgen. Geef jezelf de tijd, als je die nodig hebt. Maar als je eenmaal hebt voorgenomen om het aan bepaalde mensen te vertellen, wacht er dan niet te lang mee. Anders wordt de drempel weer hoger en gaat het tegen je werken.

Het juiste moment

Het juiste moment

Hart van homo´s logo

Het juiste moment

Het juiste moment

Honderd scenario's

Wat is ‘het juiste moment’ om aan iemand te vertellen dat je homo bent? Als je besloten hebt dat je het graag met mensen wilt delen, zal die vraag regelmatig terugkomen. Misschien heb je in je hoofd al honderd scenario’s verzonnen voor hoe zo’n gesprek zou kunnen verlopen. Maar om de stap uiteindelijk te zetten…

Bedenk: hét juiste moment komt misschien wel nooit. Het zal altijd spannend blijven. Wachten op ‘het juiste moment’ kan dus een excuus zijn om het steeds maar voor ons uit te schuiven.

Aan de andere kant: je mag jezelf best de tijd geven. De één komt binnen een half jaar uit de kast, de ander doet er een jaar over, en weer een ander…

Signalen

Waarschijnlijk komt er een moment dat je het gewoon niet meer kunt volhouden om de schijn op te houden. Je voelt je eenzaam met je geheim; het maakt je verdrietig. De drang om eerlijk te zijn, wordt steeds sterker. Dat zijn signalen die je serieus moet nemen, want dan weet je dat ‘het juiste moment’ eraan komt!

‘Niet gelukt’

Maar hoe ‘pak’ je dan dat moment? Het kan gebeuren dat je je hebt voorgenomen om het te vertellen, maar dat het je simpelweg niet lukt om erover te beginnen. Het gesprek vliegt alle kanten uit en nergens vind je het moment om het hoge woord eruit te laten komen. Even later zit je weer op je fiets en je baalt als een stekker: ‘Weer niet gelukt!’

Bruggetje

Het zoeken van een geschikt bruggetje is vaak erg lastig. Vaak komt het niet, tenzij je er zelf één legt. Gewoon, als het moet uit het luchtledige. Je onderbreekt het gesprek en je zegt: ‘Ik wil je iets vertellen wat heel belangrijk voor me is.’ Misschien kun je van tevoren – bijvoorbeeld via WhatsApp – al aankondigen dat je iets belangrijks wilt vertellen. Dan is de ander erop voorbereid en kan hij je helpen: ‘Je wilde toch iets vertellen?’ Nadeel is dat je na zo’n aankondiging niet meer terug kunt… Maar eigenlijk wilde je dat ook niet, toch?

In of uit de kast?

In of uit de kast?

Hart van homo´s logo

In of uit de kast?

In of uit de kast?

Niet verplicht, en toch...

Blijf ik (nog) in de kast, of ga ik vertellen dat ik homo ben? Het is niet moeilijk om redenen te verzinnen om het nog maar voor jezelf te houden. ‘Iedereen heeft er een mening over, maar ik weet zelf nog niet eens hoe ik verder moet!’ Of: ‘Ze gaan anders naar me kijken als ze “het” weten.’

Er zijn genoeg homo’s en lesbiennes die daarom nooit een ‘coming out’ hebben gehad. Het is natuurlijk ook niet verplicht. En toch…

Als een bevrijding

Hoewel het waarschijnlijk geen eitje zal worden (maar wel stoer!) zullen de meeste homo’s het als een bevrijding ervaring als ze een tijdje ‘uit de kast’ zijn. Om een paar redenen te noemen:

  • Je hoeft niet meer te liegen of ontwijkende antwoorden te geven waarom jij (nog steeds) geen relatie hebt.
  • Je hoeft niet meer in je eentje te worstelen met je gevoelens, je omgeving en met God.
  • Je weet nu hoe je omgeving erin staat en hoe ze echt naar je kijken (het valt meestal reuze mee!).
  • Je familie- en vriendschapsbanden krijgen meer verdieping als jij jezelf kunt zijn. Zij krijgen meer ‘jou’ en jij krijgt meer van hen te zien en te ervaren!
  • Je kunt na een tijdje wat relaxter naar jezelf kijken. Zo ben je beter in staat om weer toekomst voor jezelf te zien. Ook als die anders is dan je voor jezelf had bedacht!

Sores delen

Sommige homo-jongeren voeren het volgende aan als reden om het níet te vertellen: ‘Ik wil anderen er niet mee lastig vallen.’ Of: ‘Ik kan het m’n ouders niet aandoen!’ Dat lijkt misschien nobel, maar je kunt deze gedachten toch beter proberen los te laten. Iedereen heeft het recht om zijn of haar sores te delen met anderen. En ouders hebben de plicht er voor hun kinderen te zijn, hoe moeilijk ze het misschien ook vinden.

Je kunt je trouwens ook afvragen of je niet de plicht hebt om anderen te laten zien wie en hoe je werkelijk bent – zeker aan de mensen die dichtbij je staan. Mensen die van je houden, willen je graag (leren) kennen zoals je bent. Je ontneemt ze die mogelijkheid als je je bewust anders voordoet.

Niet wegcijferen

Oké, je hebt geen garantie dat het altijd goed zal gaan. Het is niet uitgesloten dat je familieleden of vrienden kwijtraakt. Daarom is het belangrijk om te beseffen dat je jezelf niet hoeft weg te cijferen. Je mág jezelf zijn. In Gods ogen ben je uniek en gelijk aan ieder ander mens. Hij vindt je waardevol – niet ondanks, maar mét je homoseksuele gevoelens. Dat maakt het zeker het risico waard om ook voor je omgeving een eerlijk leven te leiden, dichtbij God!

Je leven lang

Als je eenmaal je ‘coming out’ hebt gehad zul je merken dat dat niet eenmalig is. Bij nieuwe contacten zul je nog regelmatig het gevoel hebben dat je wéér uit de kast moet komen. Het zal dan steeds weer een keuze zijn of je het wel of niet vertelt.

Dat is op zich niet erg. Besef wel dat je het niet altijd hoeft te vertellen. In sommige situaties heeft het voor jezelf geen enkele toegevoegde waarde. Doe het dan gewoon lekker niet. Jij bent zelf degene die bepaalt of je het prettig vindt om het wel of niet te vertellen!

Oog voor schoonheid

Oog voor schoonheid

Hart van homo´s logo

Oog voor schoonheid

Oog voor schoonheid

Een goede manier van kijken

Homoseksualiteit gaat over meer dan seksueel gedrag. Het heeft bijvoorbeeld ook te maken met de manier waarop je menselijke schoonheid waardeert. Een homo zal die menselijke schoonheid vooral of uitsluitend opmerken in iemand van hetzelfde geslacht.

door Wolter Rose

Sommige christenen worden zenuwachtig als het over het opmerken van menselijke schoonheid gaat. Ze denken aan woorden van Jezus in Mattheüs 5 vers 28: ‘Al wie naar een vrouw kijkt om haar te begeren, heeft in zijn hart al overspel met haar gepleegd.’

De woorden van Jezus zijn een behartigenswaardige waarschuwing. Maar een foute manier van kijken, sluit niet uit dat er ook een goede manier van kijken is. De foute manier van kijken waar Jezus het over heeft, is ‘kijken om te begeren’, met andere woorden: een manier van kijken die ertoe leidt dat de ander een voorwerp (object) wordt van seksuele begeerte.

En ter geruststelling van wie zich de woorden van Job herinnert over zijn voornemen niet naar jonge vrouwen te kijken (Job 31:1): daar wordt niet het gebruikelijke werkwoord voor kijken gebruikt, maar een werkwoord dat in andere gevallen wordt weergegeven met ‘zijn aandacht ergens op richten, ergens naar op zoek gaan’ (bijvoorbeeld in Ps. 37:10b).

Een knappe jongen

In het Oude Testament wordt door de vertellers van de geschiedenis van Israël zonder blikken of blozen gewezen op de schoonheid van verschillende mensen die een rol spelen in de verhalen – niet alleen vrouwen maar ook mannen. Als je je beperkt tot de verhalen rond David, komen verschillende mooie vrouwen en mannen voorbij.

Om een aantal namen te noemen: Bathseba, de vrouw van Uria; twee van Davids zonen, Absalom en Adonia; Davids dochter Tamar; Abisag, het meisje dat als een menselijke kruik dienst deed om David warm te houden. Bijzonder gedetailleerd is de beschrijving van de lichamelijke schoonheid van de nog jonge David zelf: ‘Hij was rossig, had mooie ogen en was knap om te zien’ (1 Sam. 16:12).

De vertellers zijn niet naïef. Verschillende van de genoemde personen worden verderop in het verhaal slachtoffer van seksueel geweld, andere zijn dader. Toch heeft dat er blijkbaar niet toe geleid dat de vertellers de waarneming van hun schoonheid maar voor zich hebben gehouden.

Wat het geslacht ook mag zijn geweest van de vertellers van deze verhalen, zij laten zien oog te hebben voor de schoonheid van personen van het andere én van hun eigen geslacht.

Vakmanschap

Melinda Selmys, een katholieke lesbiënne, beschrijft de opties die zij heeft wanneer ze een mooie vrouw ziet. Zo’n aanblik kan aanleiding geven tot een misplaatst verlangen, wanneer ze haar seksuele fantasie de vrije loop laat. Ze noemt dat verlangen misplaatst, omdat het gericht is op een doel dat niet in overeenstemming is met de waarheid en met de waardigheid van die persoon.

Ze kan dat verlangen ook een andere draai geven. Ze kan het gebruiken als een gelegenheid de grootheid van God te erkennen en hem te prijzen voor de schoonheid die Hij zichtbaar gemaakt heeft in die mooie vrouw.

Met andere woorden: het opmerken van menselijke schoonheid hoeft niet hetzelfde te zijn als het seksueel begeren van de persoon in kwestie. Een mooie man of vrouw is in de eerste plaats een bewijs van het vakmanschap van de Schepper. Je kunt proberen de seksuele begeerte de pas af te snijden door de Schepper, die goed werk geleverd heeft, in gedachten of in een kort gebed een compliment te geven.

Jesus is fairer

In India maakte ik een aantal jaren geleden kennis met een lied met een bijzonder refrein: Jesus is fairer. Enig speurwerk maakte duidelijk dat het teruggaat op een Duits lied dat al meer dan driehonderd jaar gezongen wordt: Schönster Herr Jesus. In het lied kijkt de aanbidder van Jezus goed om zich heen en ziet veel moois – in de natuur om zich heen, aan de hemel overdag of ’s nachts, en ook in mensen.

Telkens herinnert hij zichzelf eraan dat Jezus al die schoonheid overtreft: ‘Schoon zijn de bloemen, // schoner de mensen // in hun jonge levenstijd. // Zij moeten sterven, // eenmaal verderven, // maar Jezus leeft in eeuwigheid.’

De schoonheid van Jezus is natuurlijk van een andere orde: Hij is niet alleen mens, Hij is tegelijk God. Maar ook bovenmenselijke schoonheid die fysieke schoonheid overtreft, is nog steeds schoonheid.

Superieure schoonheid

Soms kan menselijke schoonheid je bijna te machtig worden. Jesus is fairer — het besef van de schoonheid van Jezus kan je op zulke momenten helpen de schoonheid van mensen te waarderen en te relativeren. Je kunt die superieure schoonheid van Jezus duiden op een manier alsof het al die andere schoonheid overbodig of irrelevant maakt. Maar dat is niet de enige manier.

Je kunt ook genieten van de schoonheid in de geschapen werkelijkheid en dan beseffen dat al het mooie wat je ziet een weerspiegeling is van het onovertroffen vakmanschap van de Schepper en van de superieure schoonheid van Jezus.

Is een homoseksuele geaardheid veranderbaar?

Is een homoseksuele geaardheid veranderbaar?

Hart van homo´s logo

Is een homoseksuele geaardheid veranderbaar?

Is een homoseksuele geaardheid veranderbaar?

Verschillende geluiden

Kun je een homoseksuele geaardheid veranderen? In gereformeerde en reformatorische kringen in Nederland was dat van oudsher niet een vraag die veel aandacht kreeg. En als hij gesteld werd, kreeg hij meestal geen positief antwoord. In evangelische kringen was dat lange tijd anders: je kon er verschillende stemmen horen die de vraag positief beantwoordden.

door Wolter Rose

Vooral in de Verenigde Staten waren positieve geluiden over de mogelijkheid van verandering tientallen jaren bijzonder populair. Daar is de afgelopen jaren wel de nodige verandering in gekomen.

Behandelmethode

In 2013 hief de Amerikaanse organisatie Exodus International zichzelf op. Jarenlangs was deze organisatie het uithangbord van de (christelijke) Ex-Gay beweging, met als slogan Change is Possible (verandering is mogelijk) — een stelling waar inmiddels nadrukkelijk afstand van is genomen.

In 2015 spraken leiders binnen het conservatieve kerkgenootschap van de Zuidelijke Baptisten zich uit tegen reparative therapy, een veel toegepaste behandelmethode die zich tot doel stelde de seksuele geaardheid te veranderen van een homoseksuele in een heteroseksuele.

Meeslepend

Een verhaal van iemand die vertelt dat hij homoseksueel was en nu heteroseksueel is, kan indruk maken op de toehoorders. Veel mensen willen graag dat het waar is. Ze wensen het iedere homo toe om naar hetero te veranderen. Een verhaal van strijd en overwinning ontroert en is meeslepend.

Voor sommige mensen is het dan een kleine stap om te denken dat als die ene persoon heteroseksueel kon worden, de ander het ook kan. Voordat je die conclusie trekt, is het goed om even enige afstand te nemen en de verhalen op een rijtje te zetten.

Weinig onderzoek

Er is relatief weinig methodisch verantwoord onderzoek gedaan naar de veranderbaarheid van een seksuele geaardheid. De weinige onderzoeksresultaten die er zijn, kunnen je wel leren op een andere manier te luisteren naar de individuele verhalen die hierover verteld worden.

Een langlopend onderzoek waarin mensen voor langere tijd gevolgd worden, is het meest inzichtgevend. Een van de weinige voorbeelden daarvan is het onderzoek van twee Amerikaanse onderzoekers, Jones en Yarhouse. Hieronder volgt een greep uit de resultaten van hun onderzoek.

Verandering

De aard van de ‘verandering’ is vaak anders dan je op grond van individuele verhalen misschien zou verwachten. In de meeste gevallen is er niet sprake van een categorische verandering, in de zin van een verandering van een homoseksuele naar een heteroseksuele geaardheid.

De verandering is vaker eerder gradueel: een opschuiving binnen het spectrum homoseksueel-biseksueel-heteroseksueel. Met andere woorden: een homoseksueel verschuift naar ergens tussen homoseksueel en biseksueel, of naar ergens tussen biseksueel en heteroseksueel.

Identiteit

Ook komt het voor dat iemand zich minder als homoseksueel profileert of minder seksuele contacten heeft, zonder dat de homoseksuele gevoelens veranderd zijn. In zo’n geval hebben we eerder te maken met een verandering van seksuele identiteit of gedrag dan met een verandering van seksuele geaardheid.

Een enkele keer meldt iemand verliefd te zijn geworden op één persoon van het andere geslacht, zonder zich nu in het algemeen tot personen van het andere geslacht aangetrokken te voelen. Ondervraagden die in de loop van het onderzoek een heteroseksueel huwelijk hebben gesloten, melden in verschillende gevallen dat ze nog steeds worstelen met homoseksuele gevoelens.

Het is belangrijk nog een keer te onderstrepen dat de onderzoeksgegevens schaars zijn. De onderzoekers benadrukken dan ook dat je er niet méér moet uithalen dan erin zit. Dat laatste gebeurt wanneer mensen de weinige onderzoeksresultaten aangrijpen om de oude slogan ‘verandering is mogelijk’ weer van stal halen. Daar is geen goede reden voor.

Hoe ontstaat een seksuele geaardheid?

Hoe ontstaat een seksuele geaardheid?

Hart van homo´s logo

Hoe ontstaat een seksuele geaardheid?

Hoe ontstaat een seksuele geaardheid?

Hier een titel

‘I’m on the right track, baby, I was born this way’, zong Lady Gaga in 2011. In hetzelfde jaar schreef Dick Swaab, emeritus-hoogleraar neurobiologie aan de Universiteit van Amsterdam, in het NRC: ‘Onze seksuele oriëntatie is geen keuze, maar wordt geprogrammeerd in de baarmoeder.’ Veel mensen zeggen hem dat na: homoseksualiteit is aangeboren. Maar is het waar?

door Wolter Rose

Swaab werd in 1989 bekend met zijn ontdekking dat een klein gebied (later scn genoemd) in de hersenen bij homoseksuele mannen anders is dan bij heteroseksuele mannen. Dat verschil verklaarde Swaab als een gevolg van de invloed van testosteron op de ontwikkeling van de hersenen in de baarmoeder.

In 2008 stelt Swaab vast dat zijn theorie over het ontstaan van homoseksualiteit keer op keer wordt bevestigd: ‘Alle onderzoeken wijzen in dezelfde richting.’ Hij wijst de gedachte af dat ook de ontwikkeling na de geboorte van belang zou zijn voor iemands seksuele oriëntatie: daarvoor ontbreekt volgens hem ieder bewijs.

‘Niet bekend’

Niet alle wetenschappers delen deze visie. Sommige collega’s van Swaab zijn van oordeel dat er serieuze problemen zijn in het onderzoek naar het ontstaan van seksuele geaardheden. Volgens hen is het helemaal niet zo duidelijk als Swaab beweert.

Deze positie is terug te vinden in een uitspraak uit 2013 van de beroepsorganisatie van psychiaters in Amerika (apa):

De American Psychiatric Association is van mening dat de oorzaken van een seksuele geaardheid (homoseksueel of heteroseksueel) op dit moment niet bekend zijn. Het gaat waarschijnlijk om een complex van factoren waaronder verworteling in biologie en in gedrag, factoren die kunnen variëren tussen verschillende individuen en ook kunnen variëren in de loop van de tijd.

De uitspraak is vooral interessant gezien de rol die deze organisatie gespeeld heeft in de homo-emancipatie. De apa schreef geschiedenis toen het in 1973 homoseksualiteit uit het officiële Handboek van Psychische Stoornissen (dsm) schrapte. Homoseksualiteit was niet langer een afwijking, maar een eigenschap.

Hersenonderzoek

Swaab is wel erg optimistisch met zijn bewering dat alle onderzoek in dezelfde richting wijst. Zo is zijn ontdekking van een verschil tussen hetero- en homomannen in het hersengebied scn nooit bevestigd door onderzoek van andere wetenschappers. Het is überhaupt de vraag wat dit hersengebied, waar zich de zogenaamde biologische klok bevindt, met seks te maken heeft.

Ook in andere hersengebieden (in totaal zes) is door allerlei wetenschappers onderzoek gedaan om verschil tussen mannen met een homoseksuele en een heteroseksuele geaardheid aan te wijzen. Daarbij doen zich vergelijkbare problemen voor: het ontbreken van bevestiging door andere wetenschappers, of resultaten die de uitkomsten van andere onderzoekers tegenspreken (zie het boek Brainstorm van Rebecca Jordan-Young).

Tweelingstudies

Bij het nadenken over het ontstaan van homoseksualiteit zijn onderzoeken van eeneiïge tweelingen een voor de hand liggend aandachtsveld: als homoseksualiteit aangeboren is, dan moet dat bij eeneiïge tweelingen aanwijsbaar zijn.

Bij een onderzoek in 1952 bleken de onderzochte eeneiïge tweelingbroers inderdaad in 100% van de gevallen dezelfde (homoseksuele) geaardheid te hebben. Die uitkomst is te vergelijken met de 100% score voor aangeboren kenmerken bij eeneiïge tweelingen als geslacht, huidskleur en oogkleur.

Bij latere onderzoeken lag dat percentage lager: 52% in 1991 en 20% in 2000. Het verschil tussen deze drie percentages heeft te maken met de samenstelling van de groep onderzochte eeneiïge tweelingen: hoe groter (en dus representatiever) de groep, hoe lager het percentage.

Bij een percentage van 20% is de conclusie aannemelijk dat er bij het ontstaan van een homoseksuele geaardheid meer aan de hand is dan alleen maar genetische factoren. Die conclusie ligt ook in de lijn van de uitkomst van het breedst opgezette tweelingonderzoek tot nu toe, gebaseerd op het Zweedse bevolkingsregister.

In dit onderzoek uit 2010 wordt geconcludeerd dat homoseksueel gedrag bij mannen voor ruim een derde deel te verklaren is vanuit genetische factoren, en voor twee derde deel vanuit individuele omgevingsinvloeden: ervaringen die uniek zijn voor de persoon in kwestie en die hij dus niet deelt met zijn tweelingbroer.

Bij vrouwen was dat voor ongeveer een vijfde deel vanuit genetische factoren, voor ongeveer een zesde deel vanuit gedeelde omgevingsinvloeden, en voor twee derde deel vanuit individuele omgevingsinvloeden.

Combinatie van factoren

Sommige wetenschappers verwachten dat het in de toekomst zeker zal lukken om aan te tonen dat een seksuele geaardheid aangeboren is. Anderen stellen vast dat het onderzoek van de afgelopen vijftig jaar niet het gewenste resultaat heeft opgeleverd. Zij concluderen dat het onderzoek op een dood spoor zit.

Verschillende koepelorganisaties van psychiaters en psychologen lijken zich bij die laatste lijn aan te sluiten. In 2014, een jaar na de hierboven aangehaalde uitspraak van de apa, nam het Britse Koninklijk Genootschap van Psychiaters afscheid van haar oude visie dat een seksuele geaardheid een zaak is van alleen maar biologie (bepaald door genetische factoren en/of door de vroege omgeving van de baarmoeder). De nieuwe visie luidt:

‘Het Koninklijk Genootschap van Psychiaters is van oordeel dat een seksuele geaardheid bepaald wordt door een combinatie van biologische factoren en postnatale omgevingsfactoren. Er zijn geen aanwijzingen voor een verdergaande uitspraak zoals het aanwezig achten van een keuze bij het ontstaan van een seksuele geaardheid.’

Voor de stelligheid waarmee vaak gezegd wordt dat de wetenschap heeft aangetoond dat een seksuele geaardheid is aangeboren, is gezien de huidige stand van het onderzoek dus weinig reden.