Het tweede dat de kerk volgens mij nodig heeft is ‘veiligheid’.
Is het nodig? (probleemstelling)
Tijdens de voorbereiding van deze lezing vroeg ik me af: ‘Ga ik nu niet allemaal open deuren in trappen?’ Dat de kerk veilig moet zijn, dat weten we toch wel? En zeker de ambtsdrager die hier vandaag zijn. Die hoef ik dat niet te vertellen… Maar toch… Als 3 à 4 procent van de bevolking homoseksuele gevoelens heeft, moeten er in iedere gemeente toch enkele homo’s zijn.[1] Hoe komt het dat een groot deel van de homo’s niet uit de kast durft te komen of in stilte via de achterdeur vertrekken. Kan de kerk voor veel homo’s onveilig aanvoelen? Ik ben bang van wel. Zou Bart – de jongen uit de inleiding van mijn lezing – zich veilig voelen in uw kerk? Daarom lijkt het me goed om in onze (plaatselijke) kerken werken aan de volgende dingen:
Oog voor homo’s
Een kerk heeft ‘open ogen nodig’ om de homoseksuele jongeren te zien. Het helpt natuurlijk niet als er binnen de kerk wordt gedacht: ‘Homo’s? Die hebben we niet’. Als er nooit over homoseksualiteit gesproken wordt of voor homo’s gebeden wordt, geef je daarmee een signaal af. Zoiets als: Homo’s zijn onze aandacht, tijd, gebeden niet waard. Dat onderwerp vinden we niet belangrijk genoeg. We doen net alsof ze er niet zijn. Laat daarom als gemeente merken dat je homo’s niet vergeten bent. Zorg ervoor dat het onderwerp besproken wordt op jeugdvereniging of catechisatie, bidt met enige regelmaat voor homo’s tijdens de kerkdienst. Zo laat je aan mensen met homoseksuele gevoelens weten: dit is een gemeente waar we homo’s niet vergeten. Hier mag je verhaal delen. We schrikken niet van het onderwerp. We zien je als mens, als broeder of zuster en niet als een ‘probleem’ of een ‘thema’ voor de kerkenraadsvergadering.
Oog voor gebrokenheid
Maar met ‘oog voor de homo’s’ zijn we er niet. Het kan niet zo zijn dat we zeggen of denken: ‘Je mag er zijn, we accepteren je, maar we praten er verder maar niet over’.[2] Heb oog voor alles wat ze zijn of niet zijn, wat ze hebben of missen, met al hun vreugde en verdriet, geloof, twijfel en ongeloof en al hun gebrokenheid. Heb óók oog voor het eventuele gemis van een partner, seksualiteit, kinderen[3] en de rest (Sam Alberry).[4] Dus niet alleen accepteren, maar oog hebben voor hun specifieke sores en zegen. Zorg ervoor dat daar over gesproken kan worden, voor gebeden kan worden.[5] En dat er zelfs oog is voor homoseksuele zonden, niet omdat je ze goed keurt, zonde blijft zonde, maar dat er wel over gesproken kan worden, schuld beleden kan worden. Dat er ruimte is om hierover te spreken.
Oog voor de worsteling
De keuze van een christen homo om single te blijven is niet vanzelfsprekend. Het vraagt een bewuste keuze én het vraagt volharding om bij die keuze te blijven. Veel homo’s verkeren in een enorm spanningsveld of hebben in die spanning gezeten: God of de wereld, de kerk of een seksuele relatie. Bewust zeg ik het nu wat zwart-wit. Met hun hoofd en hart kunnen ze een keuze maken, maar die keuze kan (later weer) aangevochten worden. Ze kunnen er mee worstelen als ze alleen thuis zijn, de twijfel kan in een onbewaakt ogenblik toeslaan. Is er in uw kerk ruimte om te worstelen? Om het soms even niet te weten? Mogen ze hun worstelingen en vragen op tafel leggen, zonder dat er direct een veroordeling klinkt? Zonder dat er meteen een geschrokken gezicht te zien is? Dat vraagt van predikanten, jeugdleiders en ambtsdragers dat ze daar oog voor hebben en luisteren zonder te oordelen. Mogen homo’s in de kerk het met je oneens zijn. Mogen ze in een theologische puberteit belanden? Dat is toch ook niet zo vreemd als misschien wel een groot deel van je toekomstbeeld op de helling komt te staan? Kortom: Heb oog voor hun worsteling.
Oog voor ontmoetingsplek (?)
Het zou misschien beter zijn als het niet nodig zou zijn, maar misschien is een speciale gesprekskring, bijbelstudiegroep of gebedsgroep voor homo’s in de gemeente wel dienstbaar. Een plek waar homo’s en lesbiennes uit de gemeente iets kunnen delen van hun worsteling. Als gelovige homo’s en lesbiennes hebben ze hun eigen uitdagingen waarbij het misschien goed is om mensen met dezelfde uitdagingen te ontmoeten. Ja, ik weet dat zowel hetero’s als homo’s te strijden hebben tegen bijvoorbeeld seksuele zonden. Maar voor homo’s zit daar dus wel een veel sterker ‘keuze’ element in. Hun weg als celibatair levende christen is niet vanzelfsprekend.
Het woord ‘lotgenotencontact’ klinkt wat zielig en het etiket ‘zielig’ hebben we als homo’s echt niet nodig. En ook een ‘aparte status’ hebben we in de gemeente niet nodig. Maar als er een kring is over opvoeden en een kring is voor 60+’ers, waarom niet voor homo’s? Bijvoorbeeld een kring waar de Bijbelstudies uit het boekje ‘Oké, ik ben dus homo’ van Herman van Wijngaarden besproken wordt.
Maar toch, laten we hopen dat homo’s het daar niet alleen van moeten hebben. Dat er geen aparte plek nodig is, omdat ze tijdens huisbezoek en bijbelstudiegroep openlijk, eerlijk en kwetsbaar hun strijd, zorgen en zegen kunnen delen tussen andere homo’s en hetero’s. Omdat er naar gevraagd wordt, omdat er oprechte belangstelling is. En het onderwerp niet uit de weg wordt gegaan.
Oog voor de hetero’s
In een kerkelijke gemeente gaat veel goed, maar er kan ook veel mis gaan. En soms gaat het mis doordat mensen iets niet begrijpen. Daarom kan het ook nodig zijn dat een predikant of kerkenraad oog heeft voor de hetero-gemeenteleden en de familie van homoseksuele gemeenteleden, misschien moeten ze soms ook een beetje opgevoed worden. Als 3 a 4 % van de mensen in Nederland homo of lesbisch is dan heb je met dat percentage genoeg reden om je goed in het onderwerp te verdiepen en je gemeenteleden daarin mee te nemen. Een gemeente en een kerkenraad die een beetje is opgevoed, maakt misschien ook minder pijnlijke brokken.[6]
Ik denk dat een kerk pas een veilige kerk is als er oog is voor homo’s met alles wat ze zijn, inclusief hun gebrokenheid, vragen en worsteling.
[1] Herman van Wijngaarden, Om het hart van homo’s, 86.
[2] Herman van Wijngaarden, Om het hart van homo’s, 90.
[3] Het zou al helpen als predikanten niet meer bidden voor ‘kinderloze echtparen’ maar voor kinderloze mensen. J.A.W. Verhoeven: ‘In de voorbede voor homo’s is het pijnlijk hen in te delen bij zieken of gehandicapten’ in: ‘Geen aparte status’ in De Waarheidsvriend, 29 juni 2023.
[4] Sam Alberry, 7 Myths about Singleness, 126.
[5] ‘De gedachte dat homoseksualiteit een kruis is dat je in stilte moet dragen, leeft nog best wel’ in: Herman van Wijngaarden, Om het hart van homo’s, 95.
[6] Denk aan de ouderling die zei: ‘dat hij maar snel een meisje moest trouwen, want dan zou het vanzelf over gaan’, in: Refoweb | Verdrietig om reacties in kerk op homoseksuele zoon | Refoweb