Hoe bezin je je als gemeente over homoseksualiteit als veel nog onduidelijk is?

Steeds meer kerkelijke gemeenten bezinnen zich op het onderwerp homoseksualiteit. Daaronder zijn er die al wel ongeveer weten welke kant ze op denken, maar ook die wat dat betreft nog vrij blanco zijn. Bij Hart van Homo’s kloppen ook gemeenten uit deze laatste categorie aan: ‘Het is bij ons nog helemaal open, we willen ons breed laten informeren.’ Wat ze met Hart van Homo’s in ieder geval gemeen hebben, is dat ze de Bijbel willen laten spreken. Ook met deze gemeenten, die dus nog richting zoeken rond dit onderwerp, denken we graag mee.

 Hart van Homo’s heeft zelf een bepaalde visie op homoseksualiteit, maar onze doelstelling is niet om gemeenten er bijvoorbeeld toe op te roepen om samenwonende homostellen wel of niet toe te laten tot het Heilig Avondmaal. We stellen ons daarin neutraal op, in die zin dat we verschillende mogelijkheden voorhouden en de keuze vervolgens aan de gemeente laten. Waar we ons – hoe dan ook – hard voor maken, is de pastorale omgang met homoseksuele gemeenteleden.

 Uit onze ervaringen met gemeenten die zoekende zijn ten aanzien van het onderwerp homoseksualiteit, maken we op dat het erg belangrijk is hoe het proces van bezinning wordt aangepakt. Sommige ‘acties’ pakken goed uit en sommige zijn op z’n minst niet handig. Hieronder destilleren we uit onze ervaringen daarom een aantal aandachtspunten waar ‘zoekende gemeentes’ misschien hun voordeel mee kunnen doen. Let op: we zeggen niet dat je het nooit op ‘manier x’ moet doen, of altijd op ‘manier y’ – iedere situatie is tenslotte anders. Maar wees je er in ieder geval van bewust wát je doet en waarom!

Wat vaak niet handig is
De start van de bezinning in zoekende gemeentes is soms niet handig. We noemen daarvan drie voorbeelden:

  • Beginnen met het raadplegen van de gemeente – Natuurlijk moet de gemeente betrokken worden bij het bezinningsproces, maar daarmee beginnen, is vergelijkbaar met het referendum over de Associatieovereenkomst met Oekraïne in 2014. De vraagstelling is veel te ingewikkeld om van het gewone gemeentelid te vragen daar een afgewogen oordeel over te vormen. Steeds meer gemeenteleden zeggen bovendien: ‘Ik wil er niet eens wat van vinden!’
  • Beginnen met een brainstorm in de kerkenraad (raad van oudsten) – Hart van Homo’s heeft verschillende keren het resultaat van zo’n brainstorm kunnen lezen en meer dan eens was het resultaat daarvan zeer verwarrend. In één gemeente kan het variëren van: ‘Ik zou het niet kunnen verdragen als bij ons geen homohuwelijken mogen worden gesloten’, tot: ‘Onze gemeente moet uitspreken dat een homoseksuele relatie onbijbels is.’ Een brainstorm kan zo al gauw leiden tot een echte storm, die de tegenstellingen gelijk al op scherp zet.
  • Beginnen met een gemeenteavond met ‘een voor- en tegenstander’ – Medewerkers van Hart van Homo’s hebben hieraan verschillende keren (op persoonlijke titel) meegewerkt, maar we nemen ons voor hiermee in de toekomst terughoudend te zijn. Het resultaat is meestal dat er een groep is die zich laat bevestigen door de ene spreker, een andere groep die zich laat bevestigen door de andere, terwijl de groep die het nu ‘helemáál niet meer weet’ alleen maar groter wordt.

Principes van leidinggeven
Wat opvalt, is dat veel kerkenraden enigszins in verwarring zijn over hun eigen rol in het proces van bezinning. Daarom de volgende punten ter overweging:

  • Een (kerken)raad is geroepen om leiding te geven – Zoals de Associatieovereenkomst met Oekraïne parlementariërs nodig had die zich verdiepten in de verschillende kanten daarvan, heeft het onderwerp homoseksualiteit raadsleden nodig die tijd vrijmaken om zich er grondig in te verdiepen in relatie tot de eigen gemeente. Dat betekent niet dat de kerkenraad zonder raadpleging van gemeenteleden beleid vormt, maar wel dat hij voorkomt dat gemeenteleden door de bomen het bos niet meer zien. Een kerkenraad moet de moed hebben om eerst zelf studie te doen en om de resultaten daarvan vervolgens ter bespreking voor te leggen aan de gemeente.
  • Een (kerken)raad moet in staat zijn om zelf een paar inhoudelijke hoofdlijnen te schetsen – Het is makkelijk om te zeggen dat het onderwerp té ingewikkeld is om zelf tot conclusies te komen. De verleiding is dan groot om gelijk maar een deskundige van buitenaf in te vliegen. Hoe begrijpelijk ook, principieel bezien moet een kerkenraad in staat zijn om rond dit onderwerp – in afhankelijkheid van de Heilige Geest – zélf de Bijbel te lezen en daar een aantal conclusies uit te trekken.

Literatuur

Er is veel nuttige literatuur voorhanden rond dit onderwerp. Voor een brede oriëntatie wijzen we bijvoorbeeld op:

            • Robert A.J. Gagnon, De Bijbel en homoseksualiteit – een hermeneutiek van de relevante bijbelteksten; Maatkamp, 2016
            • Jan Mudde, Van sjibbolet naar sjalom – Ruimte voor homoseksuelen in de gemeente van Christus; uitg. Buijten & Schipperheijn, 2015
            • Preston Sprinkle, Geliefden – omdat homoseksualiteit meer is dan een kwestie; uitg. Gideon, 2019
            • Justin Lee, Verscheurd; uitg. Jongbloed, 2014
            • Herman van Wijngaarden, Om het hart van homo’s – Pastoraat aan homoseksuele jongeren; uitg. Gideon, 2019

Zie ook www.homoindekerk.nl, waar een grote variatie aan artikelen en notities over homoseksualiteit staat.

Adviezen ter overweging
Gezien bovenstaande willen we de volgende adviezen ter overweging geven.

  • Begin met het in kaart brengen van het voorgenomen proces – Beter dan direct de gemeente te raadplegen of in de (kerken)raad een vrijblijvende brainstorm te doen, is het om eerst in alle rust erover na te denken hoe het bezinningsproces eruit gaat zien. Elementen daarin moeten zijn: het vormen van een bezinningscommissie (zie onder), gesprekken met homo’s in de gemeente, bespreking van voorlopige conclusies, raadplegen en informeren van de gemeente.
  • Stel een commissie samen die een eerste verkenning gaat doen – Een commissie kan bestaan uit louter raadsleden, maar het is aan te raden om ook andere gemeenteleden erbij te betrekken en (als het kan) in ieder geval ook homoseksuele gemeenteleden. Twee hoofdvragen kunnen zijn:
    • Wat zegt de Bijbel ons over homoseksualiteit?
    • Wat hebben onze homoseksuele gemeenteleden nodig?
  • Maak in het proces onderscheid tussen ‘conclusies over Bijbel en homoseksualiteit’ en ‘beleid rond gemeente en homoseksualiteit’ – Conclusies over wat de Bijbel zegt over homoseksualiteit moeten uiteraard een belangrijke rol spelen in het bepalen van beleid. Toch hoeft de conclusie dat de Bijbel geen ruimte biedt voor de homoseksuele relatie niet automatisch te leiden tot een overeenkomstig restrictief beleid. Je kunt namelijk ook constateren dat er dus sprake is van een ethisch dilemma, of: een spanning tussen enerzijds Gods heiligheid en anderzijds Zijn barmhartigheid. Daar kun je op verschillende manieren mee omgaan. Lees hierover Zorgen voor een eigenwijze kudde – Een pastorale ethiek voor een missionaire kerk van Patrick Nullens (uitg. Boekencentrum, 2015).

Twee piketpaaltjes
Als we ons er toch inhoudelijk mee bemoeien, geven we het advies om in de bezinning in ieder geval de volgende twee piketpaaltjes te slaan:

  • God heeft seksualiteit bedoeld voor de unieke relatie tussen één man en één vrouw – Dat is het aspect dat we hierboven aanduidden als ‘Gods heiligheid’. Wat we verder ook zeggen over homoseksualiteit, het heeft té ver strekkende consequenties als we daarmee loslaten wat Jezus en de apostelen ons hebben geleerd over Gods bedoeling met seksualiteit. Liefde en seksualiteit heeft de sturing nodig van bijvoorbeeld Mattheüs 19:1-10.
  • De gemeente moet ook voor homo’s een veilige gemeente zijn – Tegelijkertijd is het té simpel om te stellen dat met bovenstaande alles gezegd is. Er is ook het gebod van de liefde en de barmhartigheid. Wat we verder ook zeggen over homoseksualiteit, het moet altijd gepaard gaan met pastorale – en praktische – bewogenheid met de homoseksuele jongere (of oudere), zodat hij of zij weet en ervaart: ‘Ze geven echt om me!’